Boieldieu – Harpconcert
Francois Boieldieu (1775-1834) werd in het Franse Rouen geboren. Op zijn achttiende deed hij van zich horen door zijn eerste opera die in zijn stad zeer goed ontvangen werd. Gestimuleerd door erkenning en succes wilde hij een muziekschool oprichten, hetgeen hem niet lukte. Hij verhuisde in 1796 naar Parijs waar hij bij de familie Erard werd opgenomen. De Erards waren piano- en harpenbouwers. Behalve de indrukken die hij hier op deed, kwam Boieldieu in aanraking met componisten als Múhul en Cherubini. Deze laatste werd zijn leraar. In 1798 werd hij muziekprofessor aan het nieuwe conservatorium van Parijs. Na een mislukte liefdesrelatie verhuisde hij in 1804 naar Rusland. In Sint Petersburg kreeg hij een baan bij het keizerlijke hof. Weer terug in Parijs werd hij door Lodewijk VXIII met open armen ontvangen: Lodewijk benoemde hem direct tot hofcomponist. Vanaf die tijd werd hij beschouwd als een van de belangrijkste operacomponisten. Boieldieu werd zelfs de Franse Mozart genoemd. Hij schreef maar liefst 40 opera’s die stuk voor stuk kaskrakers waren in de Parijse Opera.
De werken van Boieldieu getuigen van goed in het gehoor liggende, niet-virtuoos aandoende, melodielijnen. Bovendien was hij een goed orkestrator. Een voorbeeld hiervan is het nog veel uitgevoerde Harpconcert in C opus 77 uit 1801. Boieldieu volgde de ontwikkelingen van de nieuwe dubbelpedaal harp op de voet. (Elke noot kan doormiddel van 2 pedalen verlaagd of verhoogd worden. De instrumentenbouwer Erhard kreeg patent op dit nieuwe instrument dat in het vervolg als volwaardig instrument mee kon meespelen in het moderne symfonieorkest.)
Boieldieu schreef ook veel voor de menselijke stem, waaronder concertaria’s en zoals gezegd 40 opera’s. Twee van deze opera’s zijn Le calife de Bagdad uit 1800 en de melodieuze en ook sentimentele La dame blanche uit 1825. De ouverture van Le calife de Bagdad is evenals het Harpconcert in C thans nog steeds een vast repertoire stuk. Ook voor dit concert gelden goed in het gehoorde liggende melodieën, eenvoudige begeleiding en een geraffineerde orkestratie.
BOIELDIEU HARPCONCERT NUMMER 241
Nota bene
In de Bijbel tokkelde Koning David al op een harp. Zowel Rembrandt als Rubens beeldde de harp uit op hun doeken, meestal met diezelfde koning David. Mozart componeerde een concert voor harp en fluit. Schreef Händel een compleet harpconcert, Beethoven nam geen notitie van het snaarinstrument.
Er kwam met Tsjaikovski en Wagner meer belangstelling voor de harp. Ook Louis Spohr en de Nederlander Marinus Flothuis schreven harpmuziek.
Van de impressionistische componisten met name Claude Debussy kreeg het zo nu en dan zelfs een hoofdrol toebedeeld. Verder noemen we nog de harpconcerten van Boieldieu, zonen van J.S. Bach, Glière en mevrouw Taillefaire.