Boulanger – Lili en Nadia

Lili Boulanger werd in 1893 geboren in Parijs. Ze stierf in 1918. Haar ouders waren eveneens musici. Lili’s zus Nadia, die haar op haar ziektebed hielp met noteren van haar laatste werken was eveneens componist.

Als peuter raakt Lili’s immuunsysteem ontregeld. Haar slechte gezondheid zal zich haar korte leven blijven achtervolgen. Ze zal slechts 24 jaar worden. Een jaar voor haar dood componeert ze haar magnum opus, Psalm 130 voor orkest, koor, alt en tenor. Een ander werk is Psalm 24, voor koor en tenor.

Nadia Boulanger (1887 – 1979) was organiste en compositielerares. Als componiste stond ze in de schaduw van haar jongere zus. Nadia componeerde vooral vocale werken. Samen met haar zus Lili componeerde ze de opera La ville morte en de liedcyclus Les heures claires. Als muziekpedagoge was zij een grootheid. Zij was leraar compositie aan het conservatorium van Parijs. Een generatie van aankomende componisten en musici volgden bij haar theorie met name harmonieleer. Enkele namen van haar leerlingen zijn Bacharach, Bernstein, Barenboim, Copland, Glass, Milhaud, Piazzolla… en vele anderen. Nadia Boulanger was een van de eerste vrouwelijke dirigenten.

Lili’s kwaliteiten waren zang, viool, cello, piano, orgel en componeren. Als 19-jarige won ze als eerste vrouwelijke componist de Prix de Rome. In Rome (1913-14) componeerde zij Psalmzettingen en de liedcyclus Clairières dans le ciel. Het betreft een cyclus van 13 liederen waaronder enkele met orkest. Haar allerlaatste stuk zou Pie Jesu zijn. Ze dicteerde dit aan Nadia, die aan haar ziekbed zat.

Kort voor haar dood componeerde Lili Boulanger de stukken D’un matin de printemps en D’un soir triste. De stukken komen overeen door hetzelfde melodische thema en veelal een gelijk ritme. De twee stukken, waarvan er meerdere versies bestaan, worden vaak samen gespeeld, al kunnen ze afzonderlijk uitgevoerd worden.

D’un soir triste uit 1918 is gebaseerd op hetzelfde thema als D’un matin de printemps. Het stuk herbergt een ontroostbare wanhoop.

D’un matin de printemps (Van een lentemorgen) uit 1917/18 is bedoeld voor groot symfonieorkest of kamerensemble: viool (fluit) en piano of pianotrio. Het stuk, dat ongeveer 5 minuten duurt, straalt licht optimisme uit en doet enigszins aan Debussy denken.

In 1921, precies drie jaren na haar dood, gingen de twee stukken in het Conservatorium van Parijs.in première.

Luister ook eens naar Nocturne voor viool en piano

Heeft u een opmerking of aanmerkingen over dit item, horen wij dit graag van U.

BOULANGER LILI EN NADIA NUMMER910