Falla – El amor brujo

Toen de Eerste Wereldoorlog begon, vluchtte de Spanjaard Manuel de Falla (1876-1946), op dat moment woonachtig in Parijs, terug naar zijn geboorteland. Daar begon hij aan El Amor Brujo (De magische liefde of De betoverende liefde), een combinatie van muziek, ballet en zang. Het werd een werk boordevol flamenco elementen. Tijdens de première in 1915 in Madrid kon het publiek echter weinig enthousiasme opbrengen voor het stuk. De componist bracht daarop veranderingen aan en in 1925 deed het als ballet een tweede poging. Ditmaal was de reactie van het publiek overweldigend. Het stuk werd een doorslaand succes en grote symfonieorkesten speelden de nieuwe versie regelmatig. Langzaam maar zeker kwam men er achter dat El Amor Brujo een meesterwerk was. Vooral de beroemde Vuurdans werd een wereldhit.

Behalve Spaanse volksmuziek elementen nam De Falla ook muziek van zigeuners in het werk op. Typerend voor deze muziek is het hardnekkig omspelen van een lang gerekte toon. Deze manier van spelen is goed te horen in de beroemde Vuurdans (Dans rituelle de feu). Het tekstboek is overigens van Martinez Sierra, naar zigeunerverhalen. 

El Amor Brujo is eerst voor een klein ensemble gecomponeerd, daarna werd er een pianobewerking van gemaakt. Tegenwoordig wordt het als suite het meest uitgevoerd, wel of niet met dans en zang.

De inhoud van het ballet vertelt het verhaal over de liefde van een zigeunerin die bezeten is door de geest van een oud geliefde. Deze verschijnt in de vuurdans om zijn geliefde van de betovering te bevrijden.

FALLA EL AMOR BRUJO NUMMER 230