Rachmaninov – Vespers

Nadat zijn vader bezittingen en onroerend goed van de familie had verkwanseld werd Serge Rachmaninov (1873 – 1943) door zijn moeder groot gebracht. In 1917 ontvluchtte Rachmaninov zijn vaderland en zocht zijn heil in Amerika. Veel successen boekte hij daar als concertpianist en dirigent. Zijn meest geprezen werk is Pianoconcert 2.

De Vespers van Rachmaninov opus 37 uit 1915 voor a capella koor worden door velen beschouwd als een hoogtepunt in de Russische geestelijke muziek. Verwonderlijk eigenlijk, want tijdens zijn leven stond de niet bijster religieuze Rachmaninov vooral bekend als een virtuoos pianist en dirigent die daarnaast hoofdzakelijk  orkestmuziek, kamermuziek en pianowerken componeerde.

In Rachmaninovs vespers, waarin de sombere pracht van diepe basstemmen een hoofdrol spelen, wordt gebruik gemaakt van een liturgische tekst van de Russisch orthodoxe kerk voor de vesperdienst die bij zonsondergang begint. De componist gebruikte veel oude, kerkelijke melodieën. Vespers (of avondgebeden) behoren tot de getijden in de Rooms-katholieke en Oosters-orthodoxe kerk en worden gebeden in de vooravond. Het woord komt uit het Latijnse vespera dat avond betekent.

De Vespers van Rachmaninov: 1. Komt, laten wij aanbidden 2. Loof de Heer, mijn ziel 3. Beatus Vir 4. O stil licht 5. Nunc dimittis 6. Ave Maria 7. Gloria 8. Laudate nomen Domini 9. Laudate Dominum 10. De opstanding van Christus hebben wij gezien  11. Magnificat 12. Grote Doxologie (Gloria) 13. Dag van Verlossing 14. Opgestaan uit het graf  15. Strijdbare Aanvoerster.

Bij zijn eigen begrafenis werd een van zijn vespers (nr 5) uitgevoerd. Hij beschouwde zijn Vespers als zijn ‘Nachtwake’.

Heeft u een opmerking of aanmerkingen over dit item, horen wij dit graag van U.

RACHMANINOV VESPERS NUMMER502

Nota bene

In 1930 was Rachmaninov zo vermogend dat hij in Zwitserland aan het Vierwoudenmeer een groot stuk land kon kopen waarop hij een droomvilla liet bouwen.

Hij kreeg van de firma Steinway een vleugel cadeau.

In Zwitserland componeerde hij Rapsodie op een thema van Paganini en Symfonie 3. De componist componeerde niet aan de piano maar altijd rechtstreeks uit zijn hoofd, ook de orkestpartijen.