Sammartini – Symfonie
Giovanni Battista Sammartini (1700-1775) was organist en componist in Milaan. Hij werd de leraar van Gluck (1714 – 1787). Men noemde hem ‘De Milanese’, dit om hem van zijn jongere broer Giuseppe, bijgenaamd ‘De Londense’ te onderscheiden die een voortreffelijk hoboïst en componist was van hoofdzakelijk instrumentale werken.
In Milaan stond Giovanni Sammartini in hoog aanzien als kapelmeester en organist van verschillende kerken. Hij wordt één van de grondleggers van de symfonie genoemd, al bestond deze toen nog uit drie delen en hadden de strijkers verreweg de overhand. Ook was hij een van de eerste componisten die strijkkwartetten en kwintetten schreef.
De symfonieën of sinfonia’s die rond 1700 nog als ouverture voor de opera dienden, gingen langzaam maar zeker een eigen weg leiden. Zij werden concertouverture genoemd of sinfonia. Giovanni Sammartini stond aan de weg van de symfonie die later door Joseph Haydn (1732 – 1809) vervolmaakt werd. Eenvoud en melodie stonden in zijn werken voorop, versieringen werden zoveel mogelijk vermeden.
Sammartini’s Symfonie in F (1745) is een voorbeeld van de voorloper van de symfonie. De bezetting vraagt twee violen, een altviool en een cello. Door dit geringe aantal instrumenten kan het nauwelijks een echte symfonie genoemd worden. Later werden er twee hoorns en hobo’s aan zijn symfonieën toegevoegd. Met dit gegeven kan Sammartini met zijn vijfenzeventig symfonieën tot een belangrijke voorloper van het Classicisme gerekend worden. In de Symfonie in F zijn nog zeker kenmerken vanuit de Barok te horen.
SAMMARTINI SYMFONIE NUMMER 430