Schumann – Davidsbündlertänze 

Als zoon van een boekhandelaar en literatuurliefhebber wordt Robert Schumann (1810 – 1856) geboren in de Duitse stad Zwickau. Geïnspireerd door zijn vader verslindt Robert menig boek en dichtbundel.

Tot zijn dertigste jaar schreef Schumann vrijwel uitsluitend muziek voor zijn eigen instrument, de piano. Vaak was dat met de bedoeling om contact te onderhouden met zijn geliefde, de pianiste Clara Wieck. Later zou zij zijn vrouw worden. Samen met haar en een aantal andere kunstenaars richtte hij in 1834 het Neue Zeitschrift für Musik op. Dit tijdschrift werd in Duitsland het vooraanstaande medium op muziekgebied. In dit blad schreef hij stukken onder verschillende pseudoniemen: Eusebius was bezonnen en fijngevoelig, Florestan sterk en enthousiast, Meister Raro evenwichtig en verzoenend. Deze figuren noemde hij de Davidsbündler (leden van de bond van David).

Buiten medeweten van haar strenge vader was Robert Schumann met de toen 17 jarige Clara Wieck in het geheim verloofd. De 18 stukken uit de Davidsbündlertänze (1837), allen voorzien van een F of E (Florestan en Eusebius) zijn geïnspireerd op zijn relatie met Clara. Het werk, dat beschouwd wordt als een van de grootste pianowerken uit de Romantiek is overladen met hartstocht, angst, verlangen, dromen etc.

Inhoud Davidsbündlertänze: 1 Lebhaft 2 Innig 3 Mit Humor 4 Ungeduldig 5 Einfach 6 Sehr Rasch 7 Nicht Schnell 8 Frisch 9 Lebhaft 10 Balladenmäßig – Sehr Rasch 11 Einfach 12 Mit Humor 13 Wild und Lustig 14 Zart und Singend 15 Frisch 16 Mit guten Humor 17 Wie aus der Ferne 18 Nicht Schnell

SCHUMANN DAVIDSBÜNDLERTÄNZE NUMMER 760