Skrjabin – Symfonie 1

De Rus Alexander Skrjabin (1872-1915) werd geboren in Moskou. Hij werd opgevoed door een tante. Zijn moeder stierf toen hij nog een kleuter was, zijn vader vertoefde in het buitenland. Als jongen verbleef hij jarenlang op een militaire school waar ook veel aan muziek werd gedaan. Na deze opleiding verkoos hij de muziek en schreef zich in als pianoleerling van het conservatorium in Moskou. Vanaf 1892 reisde hij als concertpianist door Europa. Hij maakte furore als vertolker van werken van Chopin en Liszt. Rond de eeuwwisseling was hij als docent verbonden aan het conservatorium in Moskou. Vanaf 1904 verbleef hij in West-Europa, voornamelijk in Zwitserland.

Vaak schreef Skrjabin mystiek aandoende werken die soms tegen het sentimentele aanleunen. Hij experimenteerde met licht, kleuren en zelfs geuren gecombineerd met muziek. In zijn compositie, Prometheus (ook wel Gedicht van het vuur genoemd), werd een lichtorgel gebruikt. Evenals Richard Wagner (1813 – 1883) werd hij de componist van het gesamtkunstwerk. In zijn compositie Mysterium beoogde hij alle kunstvormen van de mensheid samen te smelten.

Over het algemeen wordt Skrjabins Symfonie 5 met de bijnaam Prometheus als een meesterwerk betiteld. De laatste jaren echter wordt Symfonie 1 opus 26 uit 1900 meer en meer uitgevoerd. In dit werk liet de componist de vierdeligheid van een symfonie achter zich en koos voor zes breed uitgesponnen delen met in het laatste deel een koor en twee zangsolisten. In dit deel laat Skrjabin de zangers de positieve kant van de kunst roemen en samen met het koor mondt de symfonie uit in een lofzang op de kunst. De gehele symfonie ademt een sfeer uit die ons aan Wagner, Bruckner en Mahler doen denken.

SKRJABIN SYMFONIE 1 NUMMER 486