Tsjaikovski – Symfonie 4

Een van zijn eerste muziekleraren had weinig vertrouwen over de kans van slagen van de Rus Pjotr Iljitsj Tsjaikovski (1840-1893) als beroepsmusicus, getuige het volgende citaat: ‘Nee, de jongeheer heeft geen echt muzikaal talent. Bovendien is hij al twintig!’ Pjotrs vader was blij dit te horen, want het beroep van musicus leek hem gelijk te staan met het leven als zigeuner of goochelaar. Dus werd Pjotr (Peter) een rechtenstudie opgedrongen. Pas na zijn twintigste liet hij zich tegen alle protesten in, inschrijven aan het conservatorium van Sint-Petersburg.

De Symfonie 4 uit 1878 componeerde Tsjaikovski toen hij net gescheiden was van zijn vrouw. De componist was weer een vrij man en kon zijn kluizenaarsleven hervatten. De Symfonie 4 van de toen bijna veertigjarige Tsjaikovski is de eerste waar de componist iets ingetogener te werk gaat. Het gaat om een autobiografisch muziekwerk. Elk van de 4 delen behandelt een episode uit de componist zijn leven. Het is bekend dat Tsjaikovski Symfonie 5 van Beethoven (de Noodlot symfonie) als voorbeeld had genomen.  Symfonie 4 kan gezien worden als voorbode op Tsjaikovski’s twee laatste symfonieën. De premiere vond plaats in Sint-Petersburg. De pers was negatief over het werk. De componist zelf was uiterst tevreden over zijn werk. Volgens hem was het werk het beste dat hij tot nu had geschreven.

Het eerste deel heeft veel weg van een langgerekte bevrijdingskreet, een stevig brok symfonische muziek met schetterende fanfares. Het tweede deel herbergt een prachtig andantino met een indrukwekkende hobosolo. Zeer opvallend is het derde deel dat door de strijkers geheel pizzicato wordt gespeeld. Het vierde lijkt op een overwinning. Net als in het eerste deel horen we veel koper en opzwepende strijkers.

Tsjaikovski’s Symfonie 4 was de eerste symfonie van de componist die opzien baarde in het buitenland. Het werk wordt wel beschouwd als eerste van een symfonisch drieluik, samen met symfonie 5 en 6. Symfonie 4 werd opgedragen aan zijn weldoenster Nadezjda von Meck (1831 – 1894), die hem jaarlijks zesduizend roebel toestopte. De Franse componist Claude Debussy (1862 – 1918) kwam bij de familie Meck aan huis om de kinderen piano-onderricht te geven.

In 2017 verscheen de roman Kolja van Arthur Japin met als hoofdrolspelers de broers Pjotr en Modest Tsjaikovski

TSJAIKOVSKI SYMFONIE 4 NUMMER 302