Gorecki – Klaagzangensymfonie

De Pool Henryk Gorecki (1933 – 2010) studeerde onder andere bij Messiaen (1908 – 1992) in Parijs. In 1968 werd hij leraar aan het conservatorium van Katowice. Aanvankelijk stonden de composities van Gorecki in de schaduw van tijdgenoot en collega-componist Penderecki (1933 – 2020). De doorbraak van Gorecki kwam in 1961 met het Avant-gardistische stuk Botsingen waarin hij katholieke kerkmuziek gebruikte. Zijn Miserere uit 1980 werd verboden omdat dit stuk sympathie zou oproepen voor de vrije vakbond Solidariteit. Aanvankelijk leek Gorecki een voorloper van de avant-garde. Maar zijn melodische Symfonie 3 bracht daar verandering in.

In 1976 stond de popgroep Queen met het klassiek getinte Bohemian Rhapsody wekenlang op de eerste plaats van de hitparades. In hetzelfde jaar voltooide Gorecki zijn Symfonie 3, Klaagzangensymfonie (of Symfonie van de treurliederen). Tot ieders verbazing kwam het werk niet alleen terecht in de klassieke hitparades, maar scoorde het ook op hitlijsten van de popmuziek.

Het stuk begint met fluisterende diepe tonen gespeeld door alle lage instrumenten. Het onheilspellende en monotone gebrom houdt geruime tijd aan. Je hoopt op een spoedige verandering, op wat meer melodie, maar voorlopig blijft alles donker. En dan klinken daar eindelijk de lage violen, er schijnt iets op komst te zijn. Hoewel het lage register hardnekkig blijft doorbrommen, wordt het langzaam overspoeld door hoge strijkers waaruit genadeloos mooi een sopraanstem tevoorschijn komt en haar eerste klaagzang zingt. De meest bekende uitvoering is die uit 1992 met sopraan Dawn Upshaw en de London Sinfonietta

Inspiratiebron voor de klaagzangen symfonie: ‘Niet huilen, moeder. Koningin des Hemels, reinste Maagd, bescherm mij altijd. Heilige Maria, vol van genade.’

Woorden die Helena Wanda Blazusiakówna in de muur kraste van haar cel in ‘Het Paleis’ in Zakapone, een voormalig vakantieoord dat gedurende de tweede wereldoorlog door de Gestapo als gevangenis werd gebruikt.

GORECKI KLAAGZANGENSYMFONIE NUMMER 057

 

Nota bene

Muziek en Oorlog

Igor Stravinsky componeerde tijdens de eerste wereldoorlog L’Histoire du Soldat

Maurice Ravel droeg zijn Tombeau de Couperin op aan vrienden die stierven tijdens Wereldoorlog I

Messiaen componeerde zijn Quatuor pour la fin du Temps in een Duits concentratiekamp

In 1942 werd de Zevende symfonie van Sjostakovitsj uitgevoerd door een verzwakt en uitgehongerd orkest in het door de Duitsers bezette Leningrad

Benjamin Britten componeerde zijn War Requiem op teksten van een loopgraaf soldaat