Piazzolla – 4 jaargetijden
Ástor Piazzolla (1921 – 1992) was een Argentijns componist en bespeler van de bandoneon. Behalve de Argentijnse tango en volksmuziek had hij interesse voor klassieke muziek van o.a. Bartok en Stravinski. Hij nam zelfs compositieles bij de vermaarde Nadia Boulanger (die overigens vond dat hij zich bij zijn Argentijnse roots moest houden.). Ook was hij in de ban van J.S.Bach en de jazz.
In navolging van De vierjaargetijden van Antonio Vivaldi (1675 – 1741) schreef Piazzolla De vier seizoenen in Buenos Aires ( Las quatros estaciones porteñas (1965 – 1970) waarin de tango centraal staat. Dit inmiddels wereldberoemde stuk wordt uitgevoerd in de meest verschillende ensembles: strijkkwartet, strijkorkest, cello-octet, pianotrio, piano viool en accordeon of bandoneon… Een zeer bekende tango van hem is Adiós nonino (Vaarwel opa) uit 1959.
Piazzolla’s Vier jaargetijden bestaat evenals bij Vivaldi uit vier delen: lente, zomer, herfst en winter. Als gegeven nam de componist een inwoner van Buenos Aires, een havenarbeider, die het buitenleven in de stad (jaren 60) in al zijn facetten meemaakt. In het stuk klinkt zowel dramatiek als melancholie. Behalve prachtige melodische lijnen soms met een stevige swing wordt de luisteraar soms opgeschrikt door buitenmuzikale fragmenten zoals slaan en schrapen op de strijkinstrumenten.
Peter Tsjaikovski componeerde De seizoenen voor piano, waarin alle twaalf maanden apart voorbijkomen. Joseph Haydn schreef het oratorium Die Jahrezeiten. Alexander Glazoenov schreef De seizoenen voor orkest.
PIAZZOLLA VIER JAARGETIJDEN NUMMER 530