De Falla – Klavecimbelconcert

Men beschouwd Manuel de Falla (1876 – 1946) als de grootste componist van Spanje. Hij werd geboren in een welgestelde familie in de havenstad Cadiz. Op jonge leeftijd toonde hij interesse in muziek. Hij kreeg alle gelegenheid om iets te gaan betekenen op muziekgebied, te beginnen met pianoles van zijn moeder en voortgezet door een aantal goede leraren. Hij studeerde piano en compositie. In 1939 verliet de componist zijn vaderland vanwege de burgeroorlog en vestigde zich tot zijn dood in Argentinië.

In zijn concerten, liederen en in zijn balletmuziek klinkt de flamenco en drukt hij zijn passie uit met vurige dansen. Belangrijke werken zijn La vida breve (Het korte leven), El amor brujo (De betoverde liefde), Noches en los jardines de España (Nachten in de tuinen van Spanje) en El sombrero de tres picos (De driekanten steek). Lees de nummers230 – 318 – 378 – 480.

Het Klavecimbelconcert van Manuel de Falla uit 1926 is een van de belangrijkste werken voor klavecimbel van de moderne tijd. Het werk werd geschreven voor de Poolse klaveciniste Wanda Landowska. Het concert is in die zin belangrijk dat het de Spaanse volksmuziek vermengt met klassieke- en barokinvloeden. De kleine bezetting bestaat uit klavecimbel, fluit, hobo, klarinet, viool, cello en harp. De delen zijn 1. Allegro 2. Lento 3. Vivo. Het werk neemt nog geen vijftien minuten in beslag.

Heeft u een opmerking of aanmerkingen over dit item, horen wij dit graag van U.

DE FALLA KLAVECIMBELCONCERT NUMMER1021

Nota bene

De Falla leefde een bescheiden leven en vermeed de publiciteit zodat hij zich volledig op zijn muziek kon concentreren. Hij was zeer religieus en kon uren in afzondering werken. Vooraf deed hij aan meditatie.

De Falla was een perfectionist die jaren kon besteden aan het bijschaven van zijn werken. Zijn ambitieuze cantate Atlántida bleef bij zijn overlijden onvoltooid.

Hij vermeed eveneens sociale contacten, kleedde zich bijna als een monnik, leek excentriek en leidde een zeer gedisciplineerd leven.

Eens, tijdens een chic diner, dat hij in eerste instantie weigerde, kon hij maar moeilijk omgaan met de hoeveelheid bestek. Hij nam een lepel van de tafel, stopte deze in zijn zak en gebruikte de rest van de avond die ene lepel voor alles, van soep tot vlees.

In 1920 maakte Pablo Picasso een portret-tekening van hem.