Smetana – Verkochte bruid

De Tsjech Bedrich Smetana (1824 – 1884) was een nationalistisch componist. Hij is vooral bekend geworden door zijn symfonische cyclus Mijn Vaderland, met daarin het beroemde symfonisch gedicht De Moldau. Strijkkwartet in e mineur ( met als bijnaam: Uit mijn Leven) behoort tot de topwerken uit de kamermuziekliteratuur. Zijn opera De verkochte bruid is volgens kenners de mooiste Tsjechische opera.

Na de Ouverture, waarin Tsjechische volksmelodieën klinken, begint de opera De verkochte Bruid met een feestvierend gezelschap dat de lente bezingt. Het verliefde paartje Marenka en Jenik zingt een duet over de moeilijke tijden die zij meemaken (Nun in Lust und Leiden). De Ouverture, misschien wel het hoogtepunt van de opera, wordt ook vaak als zelfstandig stuk uitgevoerd

Het verhaal van De verkochte Bruid (1866) is een klucht. De ouders (bariton en sopraan) van de mooie Marenka (sopraan) zoeken voor hun dochter een rijke jongeling. Er wordt een huwelijksmakelaar (bas) ingeschakeld. De jongen Vasek (tenor) wordt gevonden, hij stottert. Hij is de zoon van een rijke landeigenaar (bas). Het meisje echter heeft haar zinnen gezet op de arme Jenik (tenor). De huwelijksmakelaar biedt Jenik geld om zijn meisje te verkopen. Deze zogenaamde arme jongen blijkt uit een eerder huwelijk eveneens een zoon van de rijke landeigenaar te zijn. De deal wordt gelegd Jenik wordt op een ander verliefd en laat het meisje woedend en verdrietig achter. Zij trouwt Vasek. Aan het slot komt alles uit en valt Marenka haar eerste liefde in de armen.

SMETANA VERKOCHTE BRUID NUMMER 489