Bach – Kunst der Fuge
In zijn laatste levensjaren werkte Johann Sebastian Bach (1685 – 1750) aan Die Kunst der Fuge (BWV 1080). Met dit vakwerk liet hij een muzikaal testament na. Die Kunst der Fuge bestaat uit 14 fuga’s, waaronder dubbelfuga’s, spiegelfuga’s en 4 canons. Het is niet zeker voor welk instrument hij het werk schreef, maar men neem aan dat het voor klavecimbel was. Niet alle fuga’s kunnen door één klavecimbel gespeeld worden, dus een tweede klavecinist zal paraat moeten zitten. Men twijfelt of het stuk bedoeld was voor uitvoering, dus concertmuziek of zuiver theoretisch, dus studiemateriaal.
Bach gebruikte slechts één thema in dezelfde toonsoort dat hij in allerlei gedaantes liet passeren. Het is opzienbarend hoe Bach het thema steeds van kleur doet veranderen: vergroot, verkleind, gespiegeld, op zijn kop en achterstevoren. Muziekgeleerden hebben het over zijn zwanenzang en vermoeden dat hij tijdens het componeren van de laatste fuga is gestorven. In deze onvoltooide slotfuga gebruikt Bach de noten van zijn naam: B – A – C – H. (Bes – A – C – B). Ook wel Bachs muzikale handtekening of het Bach-motief genoemd.
BACH KUNST DER FUGE NUMMER 854
Nota bene
De Canadees Pianist Glenn Gould (1932 – 1982) wordt beschouwd als een van de beste Bach vertolkers.
Het meest beroemd zijn zijn uitvoeringen van Bachs Goldbergvariaties uit 1955. Ook Bachs Die Kunst der Fuge lag hem aan het hart.
Opmerkelijk is dat Gould vrijwel alle pianomuziek van Arnold Schönberg heeft vastgelegd.
Minder waardering kon hij opbrengen voor de pianomuziek van Chopin, Schumann en Liszt en voor Mozart trok hij zijn neus op…