Schubert – Strijkkwintet
Een paar maanden voor zijn dood schreef de Oostenrijker Franz Schubert (1797-1828) zijn Strijkkwintet in C. Het werk kan beschouwd worden als een meesterwerk . Grootheden als Tsjaikovski met zijn Symfonie 6 en Mozart met zijn Requiem gingen hem voor om een paar maanden voor het sterven de mensheid nog een kroonjuweel te schenken. Overigens komt het in de muziekgeschiedenis veelvuldig voor dat componisten – hoe zwak ze op dat moment ook zijn – aan het einde van hun leven nog een meesterwerk schrijven.
Schuberts Strijkkwintet in C voor 2 violen, altviool en 2 cello’s is een van de meest indrukwekkende werken uit de kamermuziekliteratuur. Een muzikaal monument. Huidige commentaren over het werk: ‘Het magistrale strijkkwintet is het laatste instrumentale werk dat Schubert componeerde. Hij schreef het in het jaar van zijn dood. Het is een intens, persoonlijke compositie en het creatieve en spirituele hoogtepunt uit Schuberts oeuvre. Alles wat hij in zijn korte bestaan had meegemaakt, alle vreugde en pijn, angst, weemoed en onschuld, heeft in dit kwintet zijn neerslag gevonden’. Het stuk bestaat uit 4 delen: Allegro – Adagio – Scherzo – Allegretto. Regelmatig wordt het Strijkkkwintet gebruikt als achtergrondmuziek in documentaires en films.
Strijkkwintet in C opus 163 werd geschreven in de nazomer van 1828, tevens de nazomer van Schuberts leven. Het is de muziek van een hartstochtelijke intensiteit, een romantische droefheid, en gelukkig ook een spontane vrolijkheid. Kortom; het is allesbehalve een serene compositie. Hier manifesteert zich een actieve, energieke man, iemand die het hoogste plan van zijn leven heeft bereikt. Het kwintet beleefde haar première in 1850.
SCHUBERT STRIJKKWINTET IN C NUMMER 214