Roussel – Bacchus en Ariadne

De Fransman Albert Roussel (1869-1937) was van oorsprong militair. Hij diende vanaf zijn twintigste jaar bij de Franse marine. Nadat hij de dienst verlaten had studeerde hij orgel, piano en compositie. Hij was leerling van de componist Vincent d’Indy (1851 – 1931). Aanvankelijk componeerde Roussel traditionele muziek, maar na een reis naar India en Zuidoost-Azie klonken vaak oosterse invloeden in zijn composities. Hij leek hierin beïnvloed te zijn door de impressionisten Ravel en Debussy.

Bacchus en Ariadne is een ballet in twee delen gecomponeerd door Albert Roussel. De première van vond plaats in 1931. Uit dit ballet stelde de componist twee suites samen, waarvan suite 1 in 1933 klaar was en suite 2 een jaar later. Behalve een orkestuitvoering bestaat er ook een pianotranscriptie.

Roussel liet zich in zijn suite Bacchus en Ariadne inspireren door de gelijknamige Griekse mythe. De koningsdochter Ariadne was eerst verliefd op Theseus, een Atheense koningszoon. Ze hielp hem ontsnappen uit het labyrint. Theseus doodde de gevreesde Minotaurus (schepsel met kop en staart van een stier en lichaam van een man), op Kreta. Na hun gezamenlijke avontuur verliet Theseus Ariadne, terwijl zij lag te slapen op het strand. Als Ariadne wakker wordt merkt ze dat ze alleen is achtergebleven. Ze stort zich van een hoge rots in zee, maar wordt opgevangen door Bacchus die haar omhelst. Uit hun kus ontstaat op wonderbaarlijke wijze het nieuwe leven. Niet lang daarna trouwden zij. Het onbewoonde eiland wordt nu bevolkt en men geeft zich over aan een bacchanaal. Ariadne wordt gekroond.

ROUSSEL BACCHUS EN ARIADNE NUMMER 435