Monteverdi – Mariavespers

Claudio Monteverdi (1567 – 1643) was de zoon van een apotheker. Reeds als kind gaf hij blijk van een uitzonderlijk muzikaal talent. Zijn jongere broer was eveneens muzikaal begaafd. Vanaf zijn vijftiende componeerde hij met regelmaat. Als jonge man verdiende hij de kost als zanger en violist. Later zou hij een geëerd musicus worden. Als componist maakte hij grote naam. Hij had zijn roem te danken aan werken voor de menselijke stem. De door Monteverdi  geschreven opera’s worden algemeen erkend als de onmiskenbare hoogtepunten, waarmee de canon van de Westerse opera begint. Een bekende opera is Orfeo. Men beschouwt Monteverdi als overgangscomponist van de renaissance naar de barok. Na een lange periode van vergetelheid wordt hij thans weer uitgevoerd.

De Mariavespers ( Il Vespro della Beata Virgine) is een verzameling muziekstukken voor zangstemmen en instrumenten, in 1610 uitgegeven te Venetië. De meeste stukken zijn geschreven met het oog op het avondgebed (vesper is Latijn voor avond). De Mariavespers zijn opgedragen aan paus Paulus V. Monteverdi reisde persoonlijk naar Rome om de liederen aan de paus te overhandigen. De vespers kunnen als sollicitatie beschouwd worden naar een aanstelling aan de pauselijke kapel te Rome. Hij verwierf  de functie niet, maar werd aangesteld als cantor aan de San Marco te Venetië.

De Vespers: 1. Deus in adiutorium – God kom mij te hulp! 2. Dixit Dominus -De Heer sprak tot mijn Heer 3. Nigra sum, sed formosa -Al ziet mijn wezen er donker uit, ik ben toch schoon 4. Laudate pueri Dominum – Looft, dienaren, de Heer 5. Pulchra es – Schoon zijt gij 6. Laetatus sum – Ik was blij 7. Duo seraphim -Twee serafijnen 8.Nisi Dominus -Als de Heer 9. Audi, coelum – Hoor aan, hemel 10. Lauda, Jerusalem, Dominum – Loof, Jeruzalem, de Heer 11. Ave maris stella 12. Sopra Santa Maria ora pro nobis – Heilige Maria bid voor ons 13. Magnificat anima mea Dominum – Mijn ziel verheft de Heer

MONTEVERDI MARIAVESPERS NUMMER 503

Nota bene

Eerst de woorden dan de muziek of te wel Prima le parole e poi la musica, deze woorden stonden hoog in het vaandel van Monteverdi. De componist ondervond in zijn tijd veel kritiek omdat hij veelal de tekst boven de muziek liet gaan.

De Nederlander Constantijn Huygens, vader van de beroemde wetenschapper Christiaan Huygens bezocht in 1620 een avonddienst (vespers) in Venetië. Hij hoorde de muziek van Monteverdi onder leiding van de componist zelf en noemde de gezangen de meest volmaakte muziek die hij ooit gehoord had.

Constantijn Huygens was voor die gelegenheid als secretaris van de Prins van Oranje in Venetië op bezoek. Behalve politicus was Huygens dichter, componist, klavecimbelspeler, gambaspeler, geleerde en schilder. Een Homo Universalis ten top.