Schumann – Symfonie 3
In het jaar 1850 componeerde Robert Schumann (1810 – 1856) zijn derde symfonie, bijgenaamd de ‘Rheinische’. In hetzelfde jaar verhuisde de familie Schumann naar Düsseldorf, de stad gelegen aan de Rijn, waar hij aangesteld werd als muziekdirecteur. Al spoedig zou zijn ongeschiktheid blijken door zijn onvoldoende pedagogische kwaliteiten. Hij had nauwelijks overwicht op zijn musici. Daar kwam ook nog bij dat zijn gezichtsvermogen sterk achteruit ging. Ook had hij last van een piep in zijn oren, angstvisioenen en depressiviteit.
Tijdens het componeren van zijn derde symfonie schreef Schumann aan zijn uitgever dat de rivier de Rijn door zijn gedachten stroomde en dat hij deze muzikaal wilde verklanken. Het zou deze zelfde Rijn zijn waarin hij zich drie jaar later probeerde te verdrinken. Vissers redden de overspannen dirigent en componist. Zijn laatste jaren versleet hij in eenzaamheid in een tehuis voor geesteszieken dichtbij Bonn.
De Symfonie 3 is geïnspireerd door een reis welke Schumann maakte door het Rijnland. De Rheinische symfonie opus 97 in Es telt vijf delen, waarvan twee langzaam. Het werk duurt nabij 30 minuten. Het werk heeft al duidelijke kenmerken van de hoog romantiek. Instrumenten: 2 fluiten, 2 hobo´s, 2 klarinetten, 2 fagotten, 4 hoorns, 2 trompetten, 3 trombones, pauken en strijkers.
SCHUMANN SYMFONIE 3 NUMMER 574
