Bach C.P.E. – (Solo) Concerten

Carl Philipp Emanuel Bach is de bekendste zoon van Johann Sebastian en Maria Barbara Bach. Hij leefde van 1714 tot 1788. Als componist was hij een veelschrijver. Zo schreef hij meer dan zestig concerten, waaronder een vijftigtal klavierconcerten en soloconcerten voor fluit, hobo en cello.

Hij werkte het grootste deel van zijn leven in Hamburg en wordt daarom wel de Hamburgse Bach genoemd, door zijn tijdgenoten stond hij bekend als de Berlijnse Bach.

Voor hij beroepsmusicus werd studeerde hij rechten. In 1740 werd hij in Potsdam, dichthij Berlijn aangesteld als hof musicus en diende koning Frederik de Grote, een bekwaam fluitist was, te begeleiden op het klavecimbel. Behalve uitvoerig musicus componeerde hij werken voor adellijke figuren. Hij was een zeer empathisch man. 

Men beschouwd Carl Philipp als een belangrijk vertegenwoordiger van de zogeheten Empfindsame stijl (overgevoelig) en zodanig een schakelfiguur van de barok naar het classicisme.

In 1767, Bach was toen inmiddels de veertig gepasseerd, werd hij opvolger van Georg Phillip Telemann als hoofd kerkmuziek van de stad Hamburg. Een paar jaar daarvoor, in 1765 componeerde hij het Hoboconcert in Bes.

Zijn (solo-) concerten vormen een hoogtepunt van zijn composities. Voor het hof van Frederik de Grote componeerde Bach de Fluitconcerten in d mineur en a mineur. Deze Fluitconcerten werden geschreven voor de koning alsmede zijn hof componist en fluitist Joachim Quantz.

Bach schreef meer dan 50 concerten voor klavier (fortepiano/ klavecimbel), waaronder een bundel van 6 klavecimbelconcerten. Ook componeerde hij een dubbelconcert voor fortepiano en klavecimbel en een concert voor klavecimbel, strijkers en 2 hoorns. Verder de Celloconcerten in a mineur (1750), het Celloconcert in A-majeur (1753) en het Celloconcert in Bes majeur.  

Heeft u een opmerking of aanmerkingen over dit item, horen wij dit graag van U.

CARL PHILIPP EMANUEL BACH CONCERTEN NUMMER 958

Nota bene

De tweede zoon van Bach C.P.E. Bach voelde een zekere druk door het 'Bach-zijn.' Met zo'n beroemde vader en muziekfamilie op de achtergrond kon het soms moeilijk zijn om zijn eigen weg te gaan. Hij zou wel eens -met een knipoog - gezegd hebben dat hij door het Bach-bloed een betere muzikant was dan anderen.

Bachs zoon had een brede interesse in de de filosofie van de Verlichting en was bevriend met vooraanstaande denkers van zijn tijd.

C.P.E. was zeker geen feestbeest. Liever hield hij gesprekken over literatuur. Zijn muziek toont affiniteit met dramatiek in z'n composities, passend bij de Sturm und Drang-beweging.

Hij was een verzamelaar van klavierinstrumenten en was een bespeler van het instrument in opkomst, de piano-forte. Hij schreef een belangrijk boek over de kunst van het klavierspelen.